Basisgids over bollen, knoppen en bloemen

Lees deze essentiële informatie, waarmee uw vertrouwen als tuinier groeit en ontdek ook hoe u uw tuin evalueert, zowel onder als boven de grond. We bespreken de basisprincipes van grond, zon en vocht om u te helpen de juiste planten voor uw bloembedden en borders te kiezen.

Het is belangrijk om de pH-waarde van uw grond te achterhalen voordat u begint met planten. Elke plant heeft zijn voorkeur voor een bepaalde soort grond en een verkeerde pH kan leiden tot bepaalde ziekten of slechte groei.

• U kunt de pH van uw bodem eenvoudig zelf bepalen. Bij tuincentra zijn handige doe-het-zelf testkits verkrijgbaar. U kunt ook een bodemstaal opsturen naar een laboratorium als u meer gedetailleerde resultaten wenst.
• Een neutrale pH-waarde is 7,0. Alles onder dit getal duidt op zure grond en alles daarboven betekent dat de grond meer alkalisch (basisch) is.
• U kunt de omstandigheden van de bodem verbeteren met kalk (om de pH te verhogen) of met kwaliteitscompost of mest (om de grond zuurder te maken). Met deze eenvoudige aanpassingen heeft u keuze uit een veel grotere verscheidenheid aan planten.

We weten allemaal dat planten zon nodig hebben om te overleven. Wist u dat sommige planten, zoals lavendel en duizendblad, meer zon nodig hebben dan andere?

• Over het algemeen krijgen gericht tuinen op het zuiden de meeste zon. Een tuin op het noorden gericht betekent meer schaduw. Met een kompas kunt u de exacte positie van uw tuin bepalen.
• De lichtomstandigheden worden eveneens bepaald door het tijdstip van de dag en het seizoen, dus ga op verschillende tijdstippen naar buiten en onderzoek hoe het licht in uw tuin is.

Heeft het weer vrij spel in uw tuin? Dat bepaalt ook welke planten u er kunt laten groeien. Sneeuwklokjes gedijen bijvoorbeeld in de volle schaduw, terwijl lavendel direct zonlicht nodig heeft.

• In de regel zijn stadstuinen meer beschut en iets warmer dan die op het platteland. Tuinen aan de kust of buiten op een heuvel vangen meer wind dan die in het binnenland of in een dal.
• Ga op verschillende momenten van de dag de tuin in en ontwikkel een gevoel voor de weers- en temperatuurverschillen. Kijk welke delen in de zon liggen en welke in de schaduw. En bepaal in welke mate uw tuin is blootgesteld aan wind, regen en zon.
• In de koude maanden blijft de vorst vaak langer hangen in schaduwrijke delen van de tuin. Zet op deze vorstrijke stukjes winterharde planten zoals ooievaarsbekjes.

Water is essentieel voor fotosynthese (het creëren van energie) en het leveren van essentiële voedingsstoffen uit de grond aan de plantenwortels - maar het kan ook te veel van het goede zijn.

• Stem de keuze van uw planten af op de hoeveelheid regen die er in uw regio valt.
• De richting van uw tuin heeft ook invloed op het vochtgehalte, waarbij zuidgerichte borders het droogste zijn.
• U kunt het vochtgehalte van de grond vrij eenvoudig bepalen - voel gewoon aan de aarde en bekijk welke planten het beste groeien op de verschillende plekken.